Offshorewindenergie levert 10% van totale elektriciteitsvraag
Sinds eind 2020 beschikken alle offshorewindturbines in de Belgische Noordzee over een gezamenlijk vermogen van 2.262 MW. Daarmee vertegenwoordigen de windmolenparken 10% van de totale elektriciteitsvraag. De ontwikkeling van windenergie op zee wordt sinds 2011 bepleit door de vzw Belgian Offshore Platform (BOP).
Belgian Offshore Platform
De vzw Belgian Offshore Platform (BOP) is de vereniging voor de belangrijkste Belgische spelers die investeren in en eigenaar zijn van de windmolenparken op de Belgische Noordzee. Het gaat daarbij om volgende partners: Aspiravi, C‑Power, DEME Group, Elicio, Engie, Eneco, Eoly, Green Offshore, Meewind, Nuhma, Parkwind, PMV, Power @ Sea, Socofe en SRIW.
Het BOP werd in 2011 opgericht om de ontwikkeling van offshorewindenergie te bepleiten en verder te bevorderen. Het doet die zaken door onder andere:
- de belangen van haar leden te vertegenwoordigen bij de overheid, nutsbedrijven en andere instanties of personen;
- de noodzakelijke voorwaarden te bepleiten voor de maximale ontwikkeling van offshorewindenergiesystemen;
- iedereen te informeren en te sensibiliseren over de productie van hernieuwbare (wind)energie op de Noordzee;
- internationale ervaring uit te wisselen met andere producenten van hernieuwbare (wind)energie op zee;
- studie en onderzoek te verrichten over hernieuwbare offshore(wind)energie.

Offshorewindenergie in Belgische Noordzee
In het Marien Ruimtelijk Plan werd op het Belgisch deel van de Noordzee een zone afgebakend voor windturbines. In die zone zijn negen domeinconcessies toegekend. Vandaag beschikken de windturbines over een geïnstalleerd vermogen 2.262 MW. Dat is evenveel als twee kerncentrales, en vertegenwoordigt 10% van de totale Belgische elektriciteitsvraag.
C-Power
In 2009 was C-Power het allereerste windmolenpark dat groene stroom produceerde in de Belgische Noordzee. De 54 turbines in het park produceren een totale capaciteit van 325 MW, goed om ongeveer 300.000 huishoudens van groene stroom te voorzien.
Belwind
In 2010 volgde het tweede windmolenproject in de Belgische Noordzee: Belwind. Dankzij zijn 56 turbines levert het park een totale capaciteit van 171 MW.
Northwind
Northwind, het derde windmolenpark in de Belgische Noordzee, is sinds 2014 operationeel. De zone telt 72 windturbines en kan met zijn totale capaciteit van 216 MW groene stroom leveren voor ongeveer 250.000 huishoudens.
Nobelwind
De vierde domeinconcessie werd ingenomen door het windturbinepark Nobelwind. Nobelwind – dat in 2017 in gebruik werd genomen – telt 50 turbines en beschikt over een totale capaciteit van 165 MW.
Rentel
Sinds de tweede helft van 2018 levert het Rentel offshorewindproject groene stroom voor ongeveer 300.000 huishoudens. In het windmolenpark (het vijfde windmolenpark in de Belgische Noordzee) staan 42 turbines, goed voor een capaciteit van 309 MW.
Norther
Het zesde windmolenpark in de Belgische Noordzee, Norhter, kan sinds 2019 zo’n 400.000 gezinnen van groene stroom voorzien. De 44 windturbines zijn goed voor een totale capaciteit van 370 MW.
Northwester 2
Northwester 2 – het zevende windmolenpark in de voorziene zone in de Belgische Noordzee – is in gebruik sinds mei 2020. Het park beschikt over een totale capaciteit van 219 MW, die wordt geleverd door 23 windturbines.
SeaMade (Mermaid & Seastar Zone)
De laatste twee plekken in de toegekende zone werden eind 2020 ingevuld door SeaMade. Het is een fusie van twee projecten en bestaat daarom uit de Mermaid Zone en de Seastar Zone. Het SeaMade offshorewindproject bevat in totaal 58 windturbines, goed voor een totale capaciteit van 487 MW. Daarmee kunnen maar liefst 500.000 gezinnen van groene stroom worden voorzien.
Wat brengt de toekomst?
Sinds eind 2020 is de eerste windmolenzone in de Belgische Noordzee volledig volgebouwd. Het is echter de bedoeling dat de offshorecapaciteit verder blijft groeien tot meer dan 4.000 MW. In december 2018 heeft de federale regering in het Marien Ruimtelijk Plan voor de periode 2020 - 2026 reeds nieuwe zones voor offshorewindturbines goedgekeurd, alsook de krijtlijnen uitgetekend voor de openbare aanbesteding. De nieuwe, meer westelijk gelegen offshorewindenergiezones kunnen bijkomend ongeveer 2.000 MW windenergie op zee ontwikkelen. En ook in het Federaal Ontwikkelingsplan (FOP) 2020 - 2030 heeft de netbeheerder de aansluiting van ongeveer 2.000 MW nieuwe windparken in zee voorzien tussen 2026 en 2028. De federale overheid plant de openbare aanbesteding voor de nieuwe offshorewindcapaciteit ten vroegste te publiceren tegen eind 2023.
Als er een netaansluitingsgarantie is, zou de industrie van de offshorewindenergie dus tegen 2024 kunnen beginnen bouwen in de nieuwe zones. De huidige planning van de federale overheid en de netbeheerder betekent echter dat in de Belgische Noordzee in de komende vijf jaar naar alle waarschijnlijkheid geen nieuwe nieuwe windparken zullen kunnen worden gebouwd.